Als je al een barbecue kan aansteken dan is dit artikel niet voor jou. Gebruik lekker je eigen methode en steek de fik erin. Heb je daarentegen moeite om je kooltjes gloeiend heet te krijgen of is het binnenkort de eerste keer, lees dan alsjeblieft verder.
We gaan je in dit artikel alles uitleggen. Van het kiezen van de kooltjes tot het plaatsen van het rooster. Als je dit gelezen hebt dan steek je de volgende keer de barbecue met een hoop zelfvertrouwen aan.
Voor de echte beginneling hebben we het hier natuurlijk over kolen barbecues en niet over gas barbecues.
Wat heb je nodig om een barbecue aan te steken
Allereerst heb je een barbecue nodig, het liefste eentje met een bodemrooster met daaronder ventilatiegaten. en daarna natuurlijk brandstof. In dit geval hebben we het maar over 2 soorten brandstof, houtskool en briketten. Elk heeft zijn eigen voor- en nadelen.
Houtskool zijn verbrande stukken hout van verschillende formaten en afkomst waarbij de houtskool van hardere houtsoorten langer brandt dan van de zachtere. Briketten zijn geperst houtskool, of schaal van kokosnoot van gelijke grootte. Briketten duren wat langer om aan te krijgen maar gloeien regelmatiger en houden de temperatuur langer vast. Over het algemeen wordt houtskool heter dan briketten maar brandt ook sneller op.
Dus wat kies je houtskool of briketten
Gril je graag, en heb je vaak dunnere stukken vlees of zelfs voorgegaard vlees dan kan je houtskool gebruiken. Het dunne vlees zal snel gaar zijn en door de hoge hitte een mooie korst krijgen. Houd er wel rekening mee dat houtskool, zeker bij hogere temperaturen, snel opbrand en vaker aangevuld moet worden. In een kamado word over het algemeen ook houtskool gebruikt. Dit omdat de meeste briketten chemische toevoegingen en bindmiddelen bevat die in de poreuze wanden kunnen trekken.
Briketten zijn beter te gebruiken als je lang wilt gaan barbecueën op lagere temperaturen. Perfect voor de “low and slow” methode en bij het roken. Ook op hoge temperaturen kan je met de juiste briketten al gauw 3 tot 4 uur barbecueën. Goedkopere briketten hebben wel als nadeel dat ze dus bovenstaande chemische bindmiddelen kunnen bevatten die ook nadelig zijn voor de smaak van het vlees. Mocht je graag briketten willen gebruiken dan raden wij kokosbriketten aan. Deze branden geurloos, heet en heel gelijkmatig.
Bewaar de kooltjes of briketten droog
Het helpt sowieso als je kolen of briketten goed droog zijn. Bewaar daarom je brandstof op een droge plek, van de grond. Een plastic emmer met goed sluitend deksel is ideaal. Hoe droger de kolen zijn, des te minder aanmaakblokjes of spiritus hoef je te gebruiken. En heb je na de zomer een halve zak over, laat deze dan niet in de schuur staan, maar zet hem op zolder.
Ook handig
We hebben ook altijd een oude vleestang liggen om de kooltjes te verdelen. Hier kan je natuurlijk van alles voor gebruiken maar een vleestang is erg handig. Zorg wel dat je deze tang tijdens het barbecueën uit de buurt houd want anders gebruik je hem zo om je vlees om te draaien.
Waar steek je de kolen of briketten mee aan
Je hebt hiervoor aanmaakblokjes en aanmaakwokkels. Als we met de blokjes beginnen dan heb je 2 soorten. Laat die witte chemische aanmaakblokjes, die wasbenzine of kerosine bevatten, liggen. Deze branden wel het snelst maar je ruikt de hele avond een benzinelucht en dat gaat ook in je vlees zitten.
Aangezien een groot gedeelte van de smaak bepaald wordt door de geur van je voedsel, lijkt het ons logisch dat je door het gebruik van deze aanmaakblokjes je eten verpest. Dan gebruik je beter de bruine aanmaakblokjes. Deze bevatten geen schadelijke stoffen, zijn reukloos en drogen ook niet uit. Ze zijn gemaakt van geperst karton met een milieuvriendelijke brandpasta.
Aanmaakwokkels
Wij gebruiken het liefst aanmaakwokkels. Dit zijn rolletjes van houtschaafsel gedrenkt in was. Ze branden lang en hard en vrijwel geur- en rookloos. Door de hoge vlam is het ideaal voor de brikettenstarter en ook voor in de kamado is het een prachtige uitvinding.
Zo steek je een barbecue aan
Dit is de standaard manier van aansteken. Strooi een laagje kooltjes of briketten op het bodemrooster. De hoeveelheid is afhankelijk van de hoeveelheid eten die je wilt gaan grillen en hoe lang je wilt gaan barbecueën. Zorg dat de ventilatiegaten, als je ze hebt, volledig open staan zodat je barbecue goed kan trekken.
Vervolgens druk je een paar aanmaakwokkels zo diep mogelijk in het midden tussen de kooltjes of briketten. Het is belangrijk dat ze lekker diep liggen want warmte stijgt en als je de aanmaakblokjes te hoog legt dan worden de kooltjes of briketten eronder nooit heet genoeg om te ontbranden. In het algemeen zijn 2 of 3 aanmaakwokkels genoeg.
Steek nu de aanmaakwokkels aan en wacht tot ze lekker branden. Nu kan je met een oude vleestang de kooltjes zoveel mogelijk op en rond de vlam van de aanmaakblokjes positioneren zonder de vlam te smoren. Dit is een leuke bezigheid en een echte kunst om een complete toren van kolen of briketten te maken. Laat nu de barbecue met rust. Dit is een goed moment om een biertje te pakken en een tuinstoel te zoeken.
Na zo’n 15 tot 20 minuten, 10 als je geen geduld hebt en 30 als je nog een extra biertje hebt opengetrokken, ga je terug naar de barbecue en zie je dat de kooltjes of briketten rondom de aanmaakwokkels een witte laag as hebben en in het midden roodgloeiend zijn en daaromheen beginnen de kooltjes ook te branden.
De spannendste methode
Dit noemen wij niet voor niets spannend want het gaat te vaak mis. Je giet de kooltjes of briketten met spiritus laat het goed intrekken waarna je de boel aansteekt. Dit werkt goed en de spiritus brand snel op waardoor de geur ook verdwijnt. Als de spiritus niet goed intrekt dan is de spiritus al opgebrand en branden de kooltjes nog niet goed waardoor je de neiging hebt om tijdens het branden nog wat spiritus bij te schenken of spuiten. Niet doen
Iedereen kent de filmpjes op YouTube met steekvlammen die je wenkbrauwen wegbranden – of erger. Wees hier voorzichtig mee, wij raden deze methode ten stelligste af.
Voor de echte purist
De echte purist maakt eerste een klein houtvuurtje in de barbecue en wanneer dit goed brand legt deze barbecueër pur sang het houtskool of de briketten beetje bij beetje op het vuur.
Dit is iets tijdrovender maar het geeft een garantie op een goed hete barbecue en je bent ook lekker aan het fikkie stoken. Gooi er dan ook meteen wat dennenappels bij voor een heerlijke geur.
Barbecue aansteken met een brikettenstarter
Wij maken graag gebruik van een brikettenstarter. Dit is een ijzeren pijp of schoorsteen die ervoor zorgt dat je kooltjes lekker snel branden zonder dat je er wat aan hoeft te doen
Neem een paar aanmaakwokkels en leg deze op het bodemrooster van de barbecue. Je kan ook een paar proppen krant pakken, maar wie heeft die nog liggen.
- Vul de pijp met kooltjes of briketten en zet de pijp op het kolenrooster.
- Steek nu de aanmaakwokkels, of het papier, aan. En trek een biertje open.
- De vlammen zullen een weg naar boven zoeken zodat alle kooltjes gaan branden.
- Na een tien, twintig minuten slaan de vlammen eruit.
en als de bovenste kooltjes witte randen hebben, dan zijn we klaar en kun je de kooltjes voorzichtig in de barbecue op het bodemrek gieten.
Wat doe je als de kooltjes branden
Als de kooltjes of briketten op temperatuur zijn, ga je ze niet door de hele barbecue verdelen. We willen graag 2 zones met verschillende temperaturen creëren. Hierdoor kan je het vlees op verschillende temperaturen garen.
Boven de hete kolen zal het vlees snel dichtschroeien en daarnaast kan het vlees langzaam naar de gewenste kerntemperatuur opwarmen. Zo kan je op je gemak barbecueën. Zonder dat je zenuwachtig aan het keren en draaien bent omdat het vlees dreigt te verbranden.
Nu weet je hoe je een barbecue aansteekt
Dit zijn volgens ons de enige 2 manieren om een barbecue aan te steken zonder frustraties of verbrande wenkbrauwen. En eigenlijk 3, want wie de beheersing kan opbrengen om een mooi klein houtvuurtje te maken en te onderhouden heeft ook snel genoeg hete kolen.
Soms zijn er momenten dat je wat extra kolen of briketten wilt toevoegen. Omdat je langer door wilt gaan of je hebt het verkeerd ingeschat. Of wat de reden dan ook is. Je kunt het op de volgende manier oplossen:
Haal al het eten van het rooster en zet het rooster op een veilige schone plek. Leg nu een gelijkmatig laagje kolen over de al gloeiende kooltjes en wacht even tot de as weer is gedaald. Plaats nu het rooster terug en ga lekker door met waar je mee bezig was.
Heb je haast, bereid dan alvast een nieuwe lading kooltjes of briketten voor in een brikettenstarter en strooi de brandende kooltjes over de oude laag kooltjes.
De beste tip, neem de tijd
Wie haast heeft zou eigenlijk niet moeten barbecueën. Haal lekker een portie afhaalchinees en stel het barbecueën uit tot wanneer je wat meer tijd hebt. Gratis tip van BBQ-helden: Bel de chinees van te voren, dan staat het eten al klaar wanneer je het restaurant binnenloopt. Scheelt je nog meer tijd.
Tot besluit: Ben je klaar met barbecueën sluit dan het deksel van de barbecue en sluit de ventilatiegaten. In de morgen als de kooltjes afgekoeld zijn, gooi je ze in een plastic boodschappentas en schud alles even lekker door elkaar. De as ligt nu op de bodem en de rest kan je weer hergebruiken.